BTV aan V&W advies van Heijningen 2007Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Brief aan Minister van Verkeer en Waterstaat met reactie van de Rotterdamse Bewonersgroep tegen Vliegtuigoverlast op het rapport inzake zijn verkenning van het draagvlak rond het nieuwe aanwijzingsbesluit van vliegveld Rotterdam Airport (RA).

Minister van Verkeer en Waterstaat

Ir. C.M.P.S. Eurlings
Postbus 20901
2500 EX Den Haag

Rotterdam, 18 oktober 2007

Betreft: aanwijzing Rotterdam Airport

Geachte heer Eurlings,

Op 13 september jl bood dhr. van Heijningen, lid GS van de provincie Zuid-Holland, U een rapport aan inzake zijn verkenning van het draagvlak rond het nieuwe aanwijzingsbesluit van vliegveld Rotterdam Airport (RA).

Onderstaand treft U aan de reactie van de Rotterdamse Bewonersgroep tegen Vliegtuigoverlast (BTV) hierop.

De BTV wil allereerst dhr van Heijningen van harte feliciteren en complimenteren met zijn werk. Voor het eerst ziet de BTV een voor ons begrijpelijke afweging tussen de exploitatiebelangen van RA en het vermijden van geluidhinder. Het advies stelt centraal het terugdringen van de hinder in de (randen van de)nacht. Een juiste keuze wat ons betreft. Eveneens terecht vraagt het advies om een verificatie van de methodiek van het slaapverstoringsonderzoek, alsmede om een nieuw onderzoek

Met dhr van Heijningen nemen ook wij aan dat bij het drastisch terugdringen van de vertraagde vluchten, de regeringsvluchten geaccommodeerd kunnen worden binnen de bestaande geluidsruimte. Die zou zelfs als een vast gegeven kunnen worden aangenomen.

De BTV leest in het advies dat er een (ambtelijke) werkgroep komt om e.e.a. uit te werken, met daarin ook de luchtvaartsector. De BTV wil U bij deze vragen om deel van deze werkgroep uit te mogen maken. In de brief wordt in het vooruitzicht gesteld om nog (t.o.v.de in dit advies genoemde) aanvullende maatregelen uit te werken om de nachtelijke overlast in de toekomst nog verder terug te dringen. De BTV vindt dit een wenkend perspectief en is graag bereid om dit vooruitzicht in de werkgroep te concretiseren.

1. Oplossingen voor de korte termijn.

De BTV onderschrijft van harte vele van de voorgestelde maatregelen, operationeel dan wel exploitatiebeperkend. Wat die laatste categorie betreft wil de BTV U vragen om te kiezen voor het stellen van een maximum aan het aantal nachtvluchten (zoals eerder dit jaar in de Rotterdamse gemeenteraad is besproken). Het advies telt voor om deze oplossingen en maatregelen te ‘onderzoeken’ en te toetsen op haalbaarheid en effectiviteit. Ons komen de voorgestelde maatregelen effectief voor, en wij willen U dan ook vragen om al deze maatregelen gewoon te treffen en in de nieuwe ontwerp aanwijzing op te nemen.

De BTV wil U vragen naar de wettelijke mogelijkheid om de geadviseerde splitsing van de geluidszone in een ‘maatschappelijke noodzakelijk’ deel en een ‘commercieel’ deel. Het advies is op dit punt overigens niet consistent: op blz. 11 wordt namelijk gesproken over vluchten die een ‘maatschappelijke of economische noodzaak’ hebben en vluchten die ‘niet direct noodzakelijk zijn of ook elders kunnen plaatsvinden’.
En op blz. 12 lijkt het onderscheid te zijn: maatschappelijk noodzakelijk (4%) en economisch noodzakelijk (96%). Het advies acht het niet opportuun om te proberen in deze twee categorieën noodzakelijke vluchten te snijden, en wijst kwantitatieve inspanningen af. De BTV acht dit een voorbarige conclusie: de combinatie van aanwijzing en geluidszone beperken nu eenmaal RA sowieso in zijn exploitatie door het stellen van kwantitatieve grenzen.

Voorts maakt het advies in figuur 1 op blz. 12 een op zich nuttig onderscheid naar wel en niet beïnvloedbare nachtvluchten. De BTV wil er echter voor pleiten om deze notie ook toe te passen in de categorie economisch noodzakelijk. Al met al blijft het o.i. onduidelijk wat nu wordt begrepen onder wel of niet (economisch) noodzakelijk.

In 3.2 wordt heel voorzichtig gesteld dat het ‘niet uitgesloten’ is om kwalitatieve verbeteringen te realiseren bij de categorie noodzakelijke vluchten. Indien deze categorie eveneens de economisch noodzakelijke vluchten omvat, dan vindt de BTV dit wel erg mager: dan moeten de in het advies voorgestelde verbeteringen gewoon worden doorgevoerd.

Wat betreft het niet toelaten van vertraagde vluchten: de BTV neemt aan dat e.e.a. ook d.m.v. betere planning beter is te hanteren: wij zouden graag inzicht hebben in de geplande vertrektijden en de vertrekluchthavens, vergeleken met de feitelijke vertrektijden. Dit zou namelijk een goede aanleiding kunnen zijn om sommige van de geplande vertrektijden te vervroegen.

De BTV hoopt van harte dat U de geadviseerde intensivering van de communicatie en informatie-uitwisseling tussen RA en de omwonenden overneemt. De BTV is van harte bereid om daarbij een rol te spelen.
De BTV juicht het advies om jaarlijkse rapportages te plegen aan de commissie 28 toe, zij het dat de BTV sceptisch geworden is omdat eerder toegezegde evaluatie van de huidige aanwijzing niet is uitgevoerd. De BTV roept U op om indien U dit deeladvies overneemt, er strikt op toe te zien dat deze rapportages ook daadwerkelijke worden uitgebracht.

De voorstellen om vliegroutes aan te passen juicht de BTV toe. Maar dergelijke voorstellen zijn al jaren gedaan en nimmer gerealiseerd.

2. Maatregelen voor de middellange termijn.

De BTV onderschrijft ook deze maatregelen van harte en zou het van harte toejuichen als deze worden getroffen.
Het instellen van een nacht-TVG (Totaal Volume Geluid) klinkt de BTV goed in de oren. Wel zouden wij nog graag een toelichting ontvangen over dit begrip.

Tot slot delen wij u mede, dat een afschrift van deze brief gezonden is aan dhr. van Heijningen, de (betrokken leden van Provinciale Staten van de) provincie Zuid-Holland en de (betrokken leden uit de gemeenteraad van de) gemeenten Rotterdam, Lansingerland en Schiedam.

Met vriendelijke groet,


P. Nederveen
Voorzitter van de BTV.